maandag 15 oktober 2007

In het belang van het publiek - blog van JDK

Deze blog van JDK wordt onderhouden in het belang van het publiek. Deze blog handelt over de dringende vraag hoe echte vrede kan ontstaan en waarom er thans nauwelijks negatieve vrede in de wereld is. Ook handelt deze blog over de arrestatie van de minister-president en de top van een vier of vijftal partijen. Tot slot handelt deze blog over het Universeel Wereldvrede Recht, en hoe dat ingevoerd kan worden.

02 juli 2007

Voor de strijdkrachten

I N H A N D E N
Aan de Heer Dick Berlijn
Bevelhebber der Strijdkrachten
Postbus 20701
2500 ES ’s-Gravenhage
Amsterdam, 02 juli 2007
Geachte heer Berlijn,
Afgelopen weekend vernam ik via de media dat minister van justitie de heer Ernst Hirsh Ballin de rapporten in de vermeende martelingzaak in Afghanistan waarbij Nederlandse militairen betrokken zijn, heeft doorgestuurd naar het openbaar ministerie om te onderzoeken of er wellicht toch strafbare feiten zijn gepleegd.
In dat verband wijs ik u op het feit dat er aangifte is gedaan tegen een honderdtal kopstukken uit de Nederlandse politiek wegens medeplichtigheid aan massamoord, genocide en deelname aan een terroristische organisatie. De heer Ernst Hirsh Ballin is één van deze kopstukken die terzake vervolging riskeert.
De heer Jan Pieter Balkenende, de minister-president, behoort ook tot deze kopstukken. De aangifte tegen de minister-president inmiddels in het kader van een artikel 12 Sv procedure door de hoge raad behandeld geweest, en de hoge raad stelt in zijn beschikking van 07 april 2006 dat de minister-president met het oog op de misdrijven voornoemd zijn bijzondere ambtsplichten schendt of zijn bevoegdheden misbruikt.
De zaak tegen de minister-president is te vinden op www.rechtspraak.nl onder nummer LJN AU9736. De zaak van de aangifte tegen de overige Nederlandse politici wordt behandeld door de officier van justitie te Amsterdam en het proces-verbaal nummer van het strafdossier is 200651820-1.
Een en ander is voor u van belang om kennis van te nemen omdat zowel u als uw manschappen op onrechtmatige wijze door het burgergezag zijn ingezet om strafbare doelen te realiseren. Het is de inschatting van deskundigen dat de minister-president bij vervolging voor zijn bijdrage aan de oorlog in Irak en Afghanistan grote kans maakt op een levenslange gevangenisstraf.
In het vertrouwen u hiermee geïnformeerd te hebben verblijf ik.
Met vriendelijke groet,
Mede in het belang van het publiek.

JDK

Lees meer...

Verzet tegen Dwangarbeid

In Kleintje 425 stond het artikel "Kleerhangers sorteren of creperen". Daarin bekritiseerde freelance journalist Louis van Overbeek de zogenoemde "Work First" projecten her en der in het land waar 'uitkeringsgerechtigden' onder druk van het verliezen van hun bijstandsuitkering gedwongen worden om te werken. Hij riep aan het eind van dat artikel juristen op om gedupeerden van deze repressie bij te staan in een eventuele juridische procedure richting het Europese Hof aangezien deze "dwangarbeid" volgens Europees recht strafbaar is. Inmiddels is er een jurist opgestaan (Mr. A. van Deurzen) die voor een cliënt uit Arnhem een proefproces begonnen. In 's-Hertogenbosch staan deze dwangmaatregelen bekend onder de term "verlonen van de uitkering".

Vanaf begin dit jaar kreeg ook ik te maken met toenemende repressie vanuit de gemeentelijke sociale dienst. Na jaren lang betrekkelijke ontspanning in de relatie tussen mij en diezelfde dienst ontvlamde er een discussie over mijn uitkering. Ik beschouw mijn jarenlange werkzaamheden aan Kleintje Muurkrant, Documentatiecentrum De Stelling, Konfrontatie en nog een stel andere zaken als regulier werk alhoewel ik daarvoor geen inkomsten verwerf. Ik beschouw en definieer kortgezegd mijn uitkering - en deze kwestie loopt nu al heel veel jaren - als een "basisinkomen" en heb op grond van deze en andere in het verleden aangegane discussies ook volledige vrijstelling ontvangen van arbeidsverplichtingen, zoals de sollicitatieplicht.

Mijn uitkering definiëren als "basisloon" is echter ongeveer hetzelfde als hardop vloeken tijdens een pontificale hoogmis in de Bossche SintJanskathedraal. Sinds de invoering van de Wet Werk en Bijstand (WBB) in 2004 is de gemeentelijke repressie fors toegenomen (op zich logisch want de gemeenten financieren nu vrijwel alles van de WBB en tot die tijd kwam vrijwel al het geld vanuit de landelijke overheid) dus ook ik werd geconfronteerd met dwangmaatregelen om mij "aan de betaalde arbeid te krijgen". Heb me daar middels een beroepsprocedure nog tegen verzet maar dat was bij voorbaat kansloos omdat de gezichten bij de Sociale Dienst allemaal dezelfde kant opstonden, zeker nadat ik in De Volkskrant mijn mond hierover had opengedaan, "liever baanloos dan een loze baan" (1).

Uiteraard had ik deze toenemende moeilijkheden zien aankomen en was een tijd geleden begonnen met het uitbouwen van mijn hobby (glas in loodramen maken) tot serieuzer werk en een eventuele kleine onderneming. Ik ben daar nu afrondend mee bezig. Maar een aantal gemeentelijke Sociale Dienst ambtenaren waar ik mee van doen heb gunden me die "ontsnapping" aan de repressie niet en kondigden aan dat ik in een traject terecht zou komen bij een van de vele reïntegratiebedrijven die in DenBosch actief zijn. Ik heb dat bij voorbaat geweigerd aangezien ik de weg naar een eigen glasinlood-bedrijfje (2) realistischer vond en tegelijkertijd niets te maken wilde hebben met reïntegratiebedrijven die ik beschouw als koppelbazen en uitbuitbureaus.

Ik vind het een groffe schande dat er vele miljoenen euro's uit de sociale zekerheidskas terecht komen bij geprivatiseerde reïntegratiebedrijven waarbij totaal onbekend is welk rendement daaruit voortkomt. Het is net als met die jarenlange gesubsidieerde arbeid -zoals de banenpool en melkertbanen- waarvan niemand weet hoeveel geld er over de balk is gesmeten. Natuurlijk pakt het voor heel wat mensen prima uit en is het een opstapje naar een betaalde baan maar voor velen is het een pure repressie-maatregel, bedoeld om mensen uit de uitkering te jagen. Na een ruzie-achtige discussie over dit onderwerp met een "case-manager" van de gemeentelijke sociale dienst werd ik opgeroepen om binnen een paar dagen een arbeidsovereenkomst te tekenen met SaGenn, een in Zwijndrecht gevestigd reïntegratiebedrijf dat in DenBosch stevige grond onder de voeten heeft. Ik moest me melden in een fabriekshal aan de Parallelweg in DenBosch en na een inleiding van de "unit-manager" moest ik een arbeidsovereenkomst met SaGenn tekenen. Aangezien ik de week daarop echter serieuze gesprekken zou hebben met een gemeenteambtenaar over mijn concrete plannen ten aanzien van een eigen bedrijfje weigerde ik die arbeidsovereenkomst te tekenen en na nog wat herhaalde oproepen en dwangmaatregelen besloot de case-manager mijn uitkering voor de afgelopen maand september met 100 procent te korten.

Uiteraard ga ik hiertegen in beroep bij commissie en rechtbank want wat is er met die "verloning van de uitkering" aan de hand? Je wordt gedwongen tewerkgesteld middels een arbeidsovereenkomst met bijvoorbeeld SaGenn. Dat bedrijf koopt werk in en jij moet veertig uren in de week dat werk doen en je uitkering heet dan plots "salaris". Het werk kan uit van alles en nog wat bestaan - zo kun je worden uitgeleend aan bedrijven in de buurt zoals de Brabanthallen als daar toevallig arbeidskrachten nodig zijn maar meestal bestaat het uit zogenoemd in- en ompakwerkzaamheden. Neem het voorbeeld van een fabriek waar iemand een paar dagen staat te slapen en er dan achter komt dat de schroefjes in een verkeerd doosje zitten ingepakt. Wat te doen? Je verkoopt tegen een relatief laag bedrag die pallets met verkeerd ingepakte schroefjes aan SaGenn en dit "reïntegratiebedrijf" zet die dozen in een hal aan de Parallelweg en via de Bossche Sociale Dienst komen daar goedkope arbeidskrachten al die schroefjes in een ander doosje ompakken. En dan verkoopt SaGenn die partij correct ingepakte schroefjes weer terug aan die fabriek waar iemand had staan slapen.

Een driedubbele win-win situatie dus. Behalve dan voor de voormalige uitkeringsgerechtigde. Want die denkt na een paar weken werken in die fabriekshal: hé, ben ik daar even gek geworden. Sta ik hier veertig uur in de week doosjes om te pakken en dan "verdien" ik niet eens het minimum-loon? Houdoe en bedankt, ik zal ergens anders moeten gaan werken -al zijn er allerlei problemen- want dan verdien ik in ieder geval mijn minimum-loon. En laat dit werken bij SaGenn - in feite dus koppelbaas-werk - nu ook nog eens de definitie van dwangarbeid zijn! Je mag helemaal niet onder druk van intrekking van je uitkering tewerkgesteld worden! En al helemaal niet tegen een "salaris" onder het minimum-loon! Dat staat allemaal netjes verwoordt in allerlei Europese wetgeving (3). Blijkbaar heeft Nederland, en de Bossche Sociale Dienst hier niks mee te maken. En daarom ben ik in beroep gegaan en zal ook bij de rechtbank in beroep gaan en hoop ik dat die hierboven genoemde advocaat met die cliënt uit Arnhem ook succes zal hebben. Zodat die repressie-activiteiten van de Sociale Dienst via koppelbaas SaGenn aan de Parallelweg in DenBosch gestopt kunnen worden.


noten:
1. Er staan een aantal overwegingen en artikelen over dit onderwerp gebundeld op de website www.stelling.nl/divers/VKbaanloos.html
2. www.glaslicht.nl
3. Ik zie deze vorm van arbeidsverplichting - zeker nu mijn WWB-uitkering voor een maand is afgepakt, als "dwangarbeid", hetgeen in strijd is met de artikelen 4 en 23 van de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens, artikel 8 lid 1 en lid 2 sub a IVBPR, artikel 4 EVRM alsmede artikel 12 jo. 13 ESH. Immers al deze artikelen verbieden in een of andere vorm dwangarbeid en respecteren de keuze op een vrije arbeidskeuze. Dit laatste recht is overigens ook in de Nederlandse Grondwet vastgelegd. Ook in de visie van de Europese Commissie is sprake van dwangarbeid: "First, that the work or service is performed by the worker against his will and, secondly, that the requirement that the work or service be performed is unjust or oppressive or the work or service itself involves avoidable hardship" (Van Dijk/Van Hoof: "Theory and Practice of the European Convention of Human Rights", 1998 pag. 336)


Dit bericht is verschenen in Kleintje Muurkrant nr 427, 5 oktober 2007

Lees meer...

Nederland blijft grootste betaler EU

oorspronkelijk bericht geplaatst op 29 september 2005, Free Europe

Na de "nee"stem tegen de Europese grondwet verkondigde het kabinet dat ze een van de redenen die tot het negatieve stemadvies zou hebben geleid, zou wegnemen. Namelijk de netto bijdrage van "Nederland"aan de Europese Unie. Met minder dan 1 miljard nemen we geen genoegen, werd er fier gezegd door het kabinet. Wat blijkt uit recente cijfers?

NEDERLAND BLIJFT GROOTSTE BETALER EU.

Nederlanders blijven de grootste betalers aan de Europese Unie, ongeacht welke berekening wordt gebruikt. Dat blijkt uit een allocatierapport van de Europese Commissie over de betalingen van vorig jaar. Nederland is volgens het ministerie van financiën met afstand de grootste betaler en blijft dat voorlopig.

Iedere Nederlander betaalde vorig jaar 194 euro aan Brussel. Dat is drie keer zoveel als de Fransen, Oostenrijkers en de Denen. De Zweden staan op de tweede plaats met 137 euro. Ze worden gevolgd door de Duitsers die 103 euro per persoon betalen. Het verschil tussen de nummers 1en 2 en 1en 3 is resp.: 57 en 91 euro per persoon.

De positie ten opzichte van 2003 is verslechterd door de uitbreiding van de Europese Unie. De toekomst is volgens het ministerie niet positief. "De positie zal tot en met 2006 verder verslechteren." Het bedrag kan volgend jaar stijgen tot 250 euro per persoon.

Dus in plaats van het beloofde minder, wordt het weer een ietsje meer. En Balkenende blijft zich maar afvragen waarom de Nederlandse burgers geen vertrouwen hebben in het kabinet.

Dat rijke landen zoals Nederland meer betalen is volgens het ministerie geen probleem.
Sinds wanneer kan je een land rijk noemen als het alleen al aan rente op staatsschulden 13.2 miljard euro in 2006 moet aflossen? Rijk met geleend geld ?

Het ministerie vindt wel dat het te betalen bedrag in lijn moet worden gebracht met lidstaten met 'een vergelijkbare welvaart'. Maar die zijn er blijkbaar niet, want onze bijdrage blijft maar stijgen.

Onderhandelingen over de Europese meerjarenbegrotingen in juni mislukten, omdat te weinig tegemoetgekomen werd aan de Nederlandse wensen.

Een gemiste kans. Met de steun van de "neestemmers" had het kabinet kunnen zeggen: "Dan betalen we toch niets". Maar dan komen waarschijnlijk de toekomstbanen van het kabinet in gevaar of waren we nu in oorlog geweest met de rest van Europa.

Lees meer...

zondag 14 oktober 2007

Media en games-geweld: het effect op onze kinderen

12 oktober 2007

Leidt geweld in de media nu wel of niet tot gewelddadig gedrag bij kinderen? Onderzoeker Peter Nikken verzamelde al het onderzoek van de afgelopen 10 jaar. Evelien Hoekstra sprak met hem.


"Liever begeleiden dan verbieden"

door Evelien Hoekstra

Peter Nikken, psycholoog en 'deskundige Jeugd en Media' van het Nederlands Jeugdinstituut (NJi), presenteerde vorige maand zijn boek 'Mediageweld en kinderen'. Welk effect heeft mediageweld op het gedrag van kinderen? Nikken verzamelde al het onderzoek van de afgelopen tien jaar op dit gebied. Een gesprek.

Nikken: "Geweld is van alle dag. Het komt voor in sprookjes en vertellingen. Kinderen houden daarvan. Ze luisteren graag naar Hans en Grietje, hoe spannend het ook is als de heks in de oven verdwijnt."

Nikken is dus niet per definitie tegen geweld. Het wil slechts dat kinderen beschermd worden tegen buitensporig mediageweld. Op voorhand games verbieden, zoals manhunt216x153minister Hirsch Ballin nu wil doen met het computerspel Manhunt 2, vindt hij onzin. "Daar schiet je uiteindelijk niets mee op. Het gaat erom dat je kinderen moet begeleiden bij zo'n spel. Dat je met ze moet praten over het zichtbare geweld. Als je iets verbiedt, gaan kinderen het juist opzoeken."

Effect op gedrag
Uit het wetenschappelijk onderzoek van de afgelopen tien jaar blijkt volgens Nikken dat geweld in de media toch wel effect heeft op het gedrag van kinderen. Het gaat daarbij om geweld in tv-programma's, videogames, muziekclips en op internet. Maar dat kinderen die gewelddadig nieuws kijken, of gewelddadige videogames spelen, zelf ook gewelddadig worden, is volgens Nikken te kort door de bocht.

"Het effect hangt sterk af van de omstandigheden waaronder de kinderen te maken krijgen met mediageweld. Daar moet nu meer onderzoek naar gedaan worden", aldus Nikken.

Wel is duidelijk dat het sterkste effect zichtbaar is bij het kleinere geweld, zoals schoppen, slaan en pesten. De kans dat iemand als gevolg van het zien van mediageweld zelf gaat moorden, roven of verkrachten, is klein, volgens Nikken. Jongens reageren vaker agressiever, en meisjes leven meer mee met het slachtoffer.

Nikken: "Jongens die van zichzelf neigen naar agressief gedrag, waar in het gezin geweld als oplossing wordt beschouwd en die een minder goed zelfbeeld hebben, hebben een grotere kans op het vertonen van agressief gedrag."

Inleefbaarheid van nieuws
Kinderen gebruiken de media niet alleen ter vermaak maar ook als informatiebron. Hoe sterk kinderen worden beïnvloed door geweld in het nieuws, is afhankelijk van de nabijheid of inleefbaarheid van het nieuws en van de mate waarin het feitelijke geweld wordt getoond. Maar ook hier is meer onderzoek nodig.

Belangrijk is dat kinderen de wereld waarin ze leven kunnen volgen. Ze vinden het leuk om betrokken te worden bij het nieuws. Nikken: "Als slachtoffers duidelijk aan bod komen, sympathiseren kinderen hier vaak mee. Of als de nadruk gelegd wordt op de gevolgen van het geweld, denken kinderen dat geweld juist niet de oplossing is voor problemen."

Onderzoek naar het Jeugdjournaal wees volgens Nikken uit dat de risico's van het daar getoonde mediageweld op kinderen na het zien van de uitzendingen van de aanslagen op het WTC op 11 september 2001 en het uitbreken van de tweede Golfoorlog in 2003, klein is.

Nikken: "Ondanks dat de kinderen werden geconfronteerd met reëel geweld, leek de angstreactie kleiner. Dit komt omdat er veel context werd geschetst en er door deskundigen veel werd uitgelegd. Door veel tijd te nemen voor de behandeling van de onderwerpen, begrepen de kinderen dat de kans klein was dat zij zelf slachtoffer zouden worden."

Strategieën
De media-opvoeding door de ouders is van groot belang voor de kinderen, volgens Nikken. Ouders kunnen over het algemeen een aantal strategieën toepassen om het mediagedrag van hun kinderen te begeleiden. Ten eerste: afspreken wat wel of niet wordt gekeken.

Nikken: "Dit is noodzakelijk en moeten ouders niet vergeten. Met de eigen tv op de slaapkamer, mobieltjes en MSN is het zicht op het mediagebruik aanzienlijk minder dan vroeger."

De Kijkwijzer is volgens Nikken een goed instrument voor ouders om vast te stellen of zij hun kind naar een tv-programma kunnen laten kijken. "Maar," waarschuwt hij, "je kunt als ouder dan niet op de automatische piloot varen, want het gaat er vooral om wat je je kinderen zélf meegeeft als ouder. Wat je eigen grenzen zijn."

"Ouders moeten goed uitleggen", vervolgt Nikken, "wat zij vinden van een onderwerp als zij meekijken met hun kinderen. Het is gebleken dat kinderen het commentaar van de ouders oppikken. Andersom geldt dat meekijkende kinderen bij programma's die niet voor hen gemaakt zijn, wel eens worden vergeten en dat kan in het verkeerde keelgat schieten. Let dus goed wat je kind kijkt!"

Evelien Hoekstra
p/a redactie@ouders.nl

Mediageweld en kinderen
door: Peter Nikken
ISBN 978 90 6665 886 8
uitg. SWP
prijs: EUR 24,90 Online bestellen bij onze partner BoekAnouk (nieuw venster)


Evelien Hoekstra is freelance journalist. Het bovenstaande artikel werd eerder gepubliceerd op De Nieuwe Reporter, op 17 september 2007.


Copyright © 1996-2007 Ouders Online, alle rechten voorbehouden

Lees meer...

maandag 8 oktober 2007

Het verraad van PvdA en CDA

Lucas Hartong 3 oktober 2007

Feiten over de nieuwe Europese grondwet, waarvoor dit kabinet schandelijk getekend heeft.

Het Koninkrijk wordt niet aan verdragen gebonden en deze worden niet opgezegd zonder voorafgaande goedkeuring van de Staten-Generaal.
– Artikel 91.1 Nederlandse Grondwet

Het Nederlandse kabinet heeft besloten dat er geen referendum hoeft te komen omtrent de nieuwe Europese grondwet (want dat is het gewoon). Leest u even mee waarvoor u als burger getekend hebt en wat wij als land allemaal kwijt gaan raken? Ik zeg er direct bij dat dit slechts een beperkte opsomming is op hoofdlijnen, maar u krijgt er in ieder geval wat meer zicht op. Als het aan de Europolitici ligt vertellen zij u namelijk helemaal niets. Bijgevoegd bij dit achtergrondartikel is een kort overzicht van de Europese instellingen en hun taken (zie onderaan). Het nieuwe verdrag versterkt de positie en macht van bestaande instanties en roept nieuwe in het leven, waarvan een Europese president en Europese minister van buitenlandse zaken het meest opmerkelijk zijn. Europa zal ook voor het eerst een eigen diplomatieke dienst krijgen met Europese consulaire posten (art. 13b). U mag raden wat alleen al die werkzaamheden gaan kosten voor de belastingbetaler; het aantal te verwachten diplomaten wordt geschat op 7.000, maar kan oplopen tot 20.000. In november 2006 publiceerde de Europese Commissie een zgn. Green Paper waarin de lijnen van het consulaire beleid werden uitgezet. De Europese consulaire vertegenwoordigers worden geacht onderdak te krijgen in de nationale ambassades en consulaten van de aangesloten lidstaten en uiteindelijk zal de Europese consulaire dienst taken gaan overnemen van de nationale diensten, zoals het uitvaardigen van visa.


Europese president


De positie van de nieuwe Europese president zal sterk zijn. Hij krijgt een apparaat van 3500 ambtenaren tot zijn beschikking en hoeft uitsluitend verantwoording af te leggen aan de Raad van de Europese Unie en niet aan het democratisch gekozen Europees Parlement. Dat gebeurt achter gesloten deuren. Op dit moment bestaan er nog twee presidenten, te weten de voorzitter van de Raad van de Europese Unie (nu: Javier Solana) en de voorzitter van de Europese Commissie (nu: José Manuel Barroso), maar die twee functies zullen straks ineengeschoven worden tot één Europese president, hoewel dit momenteel officieel nog ontkend wordt. Diverse vooraanstaande Europolitici hebben hierop echter al publiekelijk gezinspeeld. Er is nu reeds onvrede over de wijze waarop de president zijn macht verkrijgt. De Franse president Nicolas Sarkozy wil dat er een direct gekozen Europese president komt en ook de opsteller van de oude grondwet, Valery Giscard d’Estaing is hier voorstander van. Minister van buitenlandse zaken De nieuwe minister van buitenlandse zaken, formeel ‘De Hoge Vertegenwoordiger voor Buitenlandse zaken en Veiligheidsbeleid’ genaamd, krijgt exact dezelfde macht als omschreven in de oude grondwet. Hij zal voor Europa het woord voeren bij de VN Veiligheidsraad, ook als de mening van Nederland afwijkt van de rest van Europa. Het beleid wordt namelijk bij meerderheid vastgesteld. Deze minister zal deel uitmaken van de Europese Commissie en gemachtigde woordvoerders aanstellen. Zodra de Raad van de Europese Unie de nieuwe minister van Buitenlandse zaken gevraagd heeft een voorstel te maken, wordt dat voorstel definitief en kan het slechts met meerderheid van stemmen van de aangesloten lidstaten worden afgestemd. De Raad, waarin ministers van de aangesloten landen zitting hebben, verliest dus een groot deel van haar sturende en beslissende macht, laat staan dat nog sprake is van een vetorecht van een aangesloten lidstaat. De Nederlandse ministers verliezen zo bijvoorbeeld het recht om straks nog op nationale titel te spreken in de VN Veiligheidsraad of andere officiële instanties, omdat de Europese minister dit doet. Denis MacShane, voormalig lid van de Europese Commissie namens de UK, stelde het haarscherp in Le Figaro: “The voice of the future Union Minister for Foreign Affairs will be louder than that of the ministers of each nation when he expresses joint positions”. In de praktijk geeft het Nederlandse kabinet hiermee het overgrote deel van het soevereine beslisrecht over eigen staatsrechtelijke aangelegenheden uit handen. Europees Parlement Het Europees Parlement zal veel meer bevoegdheid krijgen ten opzichte van de nationale parlementen. Op 40 nieuwe beleidsterreinen krijgt het EU Parlement medezeggenschap over wetgeving, hetgeen het Parlement een effectief vetorecht geeft over beslissingen die door nationale regeringen genomen worden. De afgelopen jaren is bijvoorbeeld geprobeerd de Europese Landbouwsubsidies af te bouwen of zelfs af te schaffen. Sterke nationale lobbies in het Europees Parlement hebben ervoor gezorgd dat dit niet succesvol was. Als de diverse lidstaten die van de landbouwsubsidies profiteren medezeggenschap krijgen over Europese wetgeving op dat gebied, dan zal de landbouwsubsidie dus nooit afgeschaft kunnen worden en profiteren grote lidstaten buitenproportioneel van deze regeling. Politie en Justitie De EU krijgt één enkele juridische instelling die allerlei verdragen mag gaan tekenen en het Europese Hof van Justitie krijgt zeggenschap over Binnenlandse Zaken en Justitie van de EU. Tot nu toe had het Hof bijna niets te zeggen over het binnenlandse en justitiële beleid van de aangesloten lidstaten, waaronder politie, justitie en asielbeleid vallen. Dit gaat met de nieuwe grondwet diepgaand veranderen. Nu is het nog zo dat een asielzoeker die is afgewezen eerst in beroep moet via het nationale juridische systeem en pas daarna een beroep kan doen op de Europese instellingen. Onder de nieuwe grondwet kan al vanaf het begin beroep worden aangetekend bij het Europese Hof van Justitie tegen beslissingen van een nationaal hof. Criminele wetgeving, burgerwetgeving, asielzaken, immigratie en zaken betreffende de politie zullen alle vallen onder het Europese Hof van Justitie. De taken van Europol worden tegelijkertijd ook uitgebreid. Tot nu toe was dat beperkt tot internationale coördinatie en uitwisseling, maar straks krijgt zij het recht om onderzoeken op te zetten, operationele acties uit te voeren en samen te werken met de nationale autoriteiten. Straks kan men naast nationale arrestatieteams dus mannen in Europol-jacks zien rondlopen. Het grote probleem met Europol is echter dat het geen democratische controle toestaat. In 2001 vond een inval plaats in de kantoren te Den Haag in verband met mogelijke frauduleuze handelingen. Van transparantie heeft men nog nooit gehoord, want het grootste deel van de informatie wordt direct bestempeld als vertrouwelijk en kan niet door nationale rechercheurs worden ingezien. Medewerkers zijn immuun voor wettelijke vervolging zolang hun werk is uitgevoerd onder de Europol Conventie. Eurojust, het Europese OM, krijgt middels art. 69H de bevoegdheid om criminele onderzoeken te starten. De nationale politie kan dus de plicht opgelegd krijgen om mee te werken aan een Europees onderzoek, terwijl de werkdruk voor de nationale politie nu al bovenmatig zwaar is, met name op administratief gebied. De juridische macht en taakstelling van de EU-instanties wordt dus substantieel uitgebreid ten koste van de nationale bevoegdheid. Nederland verliest daarbij het vetorecht op onder andere de volgende gebieden: controle op immigratie, grenscontrole, asielaanvragen, legale migratie, juridische samenwerking op het gebied van criminele zaken, minimumstraffen op misdaden, Eurojust, samenwerking op politiegebied, Europol, management van de buitengrenzen, maatregelen om misdaad te voorkomen. Ons kabinet heeft er verder voor getekend dat het Europese Hof van Justitie juridisch zeggenschap krijgt over vele nationale beleidsterreinen. Nederland geeft de volgende elf vetorechten op, op het gebied van Buitenlandse Zaken: voorstellen van de nieuwe Europese minister van buitenlandse zaken, opzet van een Europese diplomatieke dienst, defensie, terrorismebestrijding, financiële noodhulp, humanitaire hulpverlening, verkiezing van de Europese minister van buitenlandse zaken, civiele verdediging, bestrijding van terroristische financiering, het nieuwe Europese Beleidsfonds, consulaire zaken. Asielzaken De nieuwe grondwet legt een legale basis onder Europees asielbeleid. Straks zal de nationale wetgeving van Nederland onderworpen zijn aan de Europese regelgeving op dat gebied. Nederland heeft dan geen vetorecht meer over migratiezaken. Dat betreft niet alleen het recht op verblijf in Nederland, maar tevens het recht op een uitkering en werk van de migrant of asielzoeker. Die asielzoeker zal straks vrij van lidstaat tot lidstaat kunnen reizen en er zich kunnen vestigen op grond van art. 69b. De economische immigrant of asielzoeker zal dan het land met de meest aangename sociale voorzieningen uitzoeken en zich daar vestigen. In dat opzicht scoort Nederland binnen de EU zeer hoog. Ons land ziet nu reeds de gevolgen van de open grenzen en open arbeidsmarkt. Het zorgt niet alleen voor verstoring van die arbeidsmarkt maar ook her en der voor sociale onrust doordat werknemers van buiten onze grenzen er geheel andere normen en waarden op na houden als in ons land algemeen geaccepteerd. De EU werkt momenteel aan de introductie van een zgn. Blauwe Kaart, in analogie met de Amerikaanse Green Card, die een immigrant de legale status zou geven om overal in de aangesloten lidstaten te mogen werken. Is een dergelijke kaart eenmaal afgegeven door een lidstaat, dan kan een andere lidstaat die niet weigeren. Europees Commissielid Franco Frattini vindt zelfs dat afspraken moeten worden gemaakt met niet-EU leden over een jaarlijks quota aan immigranten richting de EU. De EU heeft het daarbij merendeels over ‘hoogopgeleide immigranten’, maar zwijgt in alle toonaarden over de grote stroom aan immigranten die voor gezinshereniging richting Europa komt of om louter economische redenen. En dan waagt de Raad van State te stellen dat er geen grote veranderingen op grondwettelijk gebied in het geding zijn! U weet nu in ieder geval waarvoor ons kabinet getekend heeft en waar u dus aan toe bent. Grootste bezwaar tegen de nieuwe grondwet is dat het kabinet elke mogelijkheid heeft benut om de burger buiten de gehele gang van zaken te houden. Met een enorm dédain voor de democratische rechtsstaat heeft zij de procedurele besluitvorming ontransparant en ondemocratisch gevoerd. Terwijl Balkenende af en aan reed naar Brussel heeft het kabinet haar uiterste best gedaan om beantwoording van vragen vanuit het parlement en de burgerij te vermijden. De Euro-elite heeft verder haar stinkende best gedaan om de tekst van het nieuwe verdrag zo onduidelijk mogelijk te maken, opdat men niet zou merken dat die tekst in feite dezelfde is als de tekst in de ‘oude’ grondwet die werd afgewezen. Het kabinet durfde het zelfs aan te stellen dat een referendum de parlementaire democratie zou ondermijnen en de positie van Nederland in de EU ernstig in gevaar zou brengen. Bovendien was een referendum helemaal niet nodig, omdat volgens de Raad van State het nieuwe verdrag iets ‘heel anders’ was dan de oude grondwet. Zelden zulke blatante leugens ontmoet! Nederland wordt uitgeleverd aan een Brusselse, machtsgeile kliek. Hoofdverantwoordelijken daarvoor zijn PvdA en CDA, die kennelijk alles overhebben voor de macht. Ooit hebben de dappere watergeuzen gevochten tegen de Spaanse overheerser en ons land bevrijd van de onderdrukker. Wij hebben gevochten tegen het water om ons land droog te houden en onderdak te bieden aan allen die ons land willen helpen opbouwen. Er is een uniek volk ontstaan aan de kust bij de zee. Met een noodtempo wordt dit alles op de mestvaalt van de geschiedenis geworpen en niemand die er zich druk over lijkt te maken. Morgen stemt men rustig weer op de partijen die ons land en volk, haar soevereiniteit en geschiedenis uitleveren. Willem van Oranje draait zich om in zijn graf.
De Europese Commissie bestaat uit commissarissen (‘Europese ministers’), benoemd voor 5 jaar. Deze commissarissen vergaderen één keer per week met hun Voorzitter om de voortgang van de prioritaire beleidspunten te bespreken. De Voorzitter van de Europese Commissie is José Manuel Barroso. Opdrachten van de Europese Commissie: de Commissie waakt over de verdragen en controleert hun correcte toepassing;de Commissie heeft initiatiefrecht op wetgevend gebied, met andere woorden zij kan net als de lidstaten wetten voorstellen;de Commissie doet de wetten uitvoeren. Website : http://europa.eu.int De Raad van de Europese Unie komt bijeen met één vertegenwoordiger op ministerieel niveau uit elke lidstaat die gemachtigd is om zijn regering te verbinden. De samenstelling varieert afhankelijk van de behandelde onderwerpen (algemene zaken, landbouw, economie, enz.). De Raad beslist in sommige gevallen samen met het Parlement, op voorstel van de Commissie. Het voorzitterschap van de Raad wordt om de zes maanden bij beurtrol toegekend aan een andere lidstaat. De huidige Secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie is Javier Solana. Website: http://ue.eu.int Het Europees Parlement is het wetgevende orgaan van Europa. Deze vergadering bestaat uit 732 afgevaardigden die afwisselend vergaderen in Straatsburg en in Brussel. De leden van het Europees Parlement vertegenwoordigen alle inwoners van de Europese Unie: 457 miljoen burgers. Met de Europese verkiezingen (iedere vijf jaar) wordt de voltallige Europese volksvertegenwoordiging vernieuwd. De huidige voorzitter van het Europees Parlement is Josep Borrell Fontelles. Het Europees Parlement heeft de volgende opdrachten: initiatieven nemen om het communautaire beleid te stimulerende benoeming goedkeuren van de Commissie (het Parlement kan met een tweederde meerderheid de Commissie het vertrouwen weigeren)controle uitoefenen op het programma van de Commissie en de goede gang van zaken in de Europese politiek (via schriftelijke en mondelinge vragen gericht aan de Commissie en aan de Raad)petities van de burgers onderzoekende begrotingsbevoegdheid uitoefenen samen met de Raadde wetgevende macht uitoefenen samen met de Raad (richtlijnen en verordeningen gaan uit van de Commissie). Website : http://www.europarl.eu.int

Lees meer...

zaterdag 6 oktober 2007

Nederlanders willen meer politieke inspraak



Nederlanders hebben bar weinig vertrouwen in de politiek. Ze willen vooral meer inspraak, blijkt uit de grote internetpeiling 21minuten.nl

De helft van de Nederlandse bevolking voelt zich niet vertegenwoordigd in de politiek. Ook vindt 50 procent dat de democratie wordt bedreigd.

De uitkomsten van de derde grote internetenquête 21minuten.nl zijn voor de politiek niet bepaald een opsteker. De enquête is uniek omdat zoveel mensen – ruim honderdduizend – eraan meedoen. Deze derde editie gaat vooral over het thema democratie. Het onderzoek sluit aan bij ’De week van de democratie’, georganiseerd door de publieke omroep.

Rode draad in de antwoorden is dat mensen meer politieke inspraak willen. Een meerderheid is voor een gekozen burgemeester, minister-president en referenda. Ook zou het verdrag van Europa als het aan 60 procent van de Nederlanders ligt alsnog in een referendum aan de bevolking moeten worden voorgelegd.

De meeste mensen zien het belang van Europa. Menno van Dijk van onderzoeksbureau McKinsey denkt echter dat alsnog een referendum houden na het ’nee’ tegen de grondwet hoog spel blijft. „Burgers vinden dat ze ten aanzien van Europa slecht worden geïnformeerd, terwijl ze ook vinden dat een democratie alleen kan werken als burgers op de hoogte zijn. Dus als het kabinet ooit toch nog zou besluiten een referendum te houden over Europa, moeten ze in ieder geval goede informatie verstrekken.”

Er zijn ook grote zorgen. Iets meer dan de helft van de mensen (51 procent) vindt dat de Nederlandse democratie wordt bedreigd. Vooral jongeren vinden dat de overheid het verbod op discriminatie, de bescherming van minderheden, de vrijheid van godsdienst en van meningsuiting beter moet bewaken. Ouderen leggen de nadruk op veiligheid. Meer allochtonen (32 procent) dan autochtonen (16) vinden dat de vrijheid van meningsuiting juist minder beschermd zou kunnen worden.

Ook opvallend volgens Van Dijk is de ’gelijke monniken, gelijke kappen’-mentaliteit. „Als je het vergelijkt met buitenlandse onderzoeken zie je dat Nederlanders erg de nadruk leggen op gelijke verdeling. Een grote meerderheid is tegen private scholen en privéklinieken.”

McKinsey stelt dat Nederlanders gelukkiger zijn geworden dan in de eerdere onderzoeken in 2005 en 2006. 70 procent voelt zich gelukkig tot zeer gelukkig. Dat is echter wel iets minder dan de 82 procent gelukkige mensen die het Sociaal en Cultureel Planbureau onlangs heeft gemeten.
Dorien Pels in Trouw

Lees meer...

vrijdag 5 oktober 2007

SP stelt vragen over Chemtrails aan Europese Commissie

De SP heeft vragen gesteld aan de Europese Commissie met betrekking tot het onderwerp Chemtrails in opdracht van het Burgerinitiatief Stop Chemtrails Nu!


Schriftelijke vraag E-2455/07 van Erik Meijer (GUE/NGL)aan de Commissie
Vragen over Chemtrails aan Europese Commissie

Betreft: Aandacht voor vliegtuigsporen die niet langer alleen water bevatten maar mogelijk door barium, aluminium en ijzer langdurig melkachtige sluiers veroorzaken

1. Q Is het de Commissie bekend dat sinds 1999 in de VS en Canada burgers klagen over een toenemende mate van in de lucht aanwezige vliegtuigsporen die behoren tot een nieuw type dat soms uren blijft hangen en dat veel meer uitwaaiert waardoor melkachtige sluiers ontstaan die daar worden aangeduid als ‘aerial obscuration’, en dat dit nieuwe type vooral opvalt door de sterke afwijking ten opzichte van de sinds de komst van straalmotoren als ‘contrails’ bekende penseeldunne korte witte lijnen in de lucht die maximaal 20 minuten zichtbaar blijven en alleen kunnen ontstaan indien waterdamp condenseert op stofdeeltjes als gevolg van lage temperaturen en een hoge luchtvochtigheidsgraad?

A. De Commissie is op de hoogte van het bestaan van dergelijke trends en verschijnselen. Volgens de Commissie is er echter geen bewijs dat deze beweringen staaft. De mate waarin een vliegtuig condensatiesporen vormt en de snelheid waarmee deze weer verdwijnen worden in eerste instantie bepaald door de luchtdruk, de temperatuur en de luchtvochtigheidsgraad van een bepaald vliegniveau. Ook kunnen de brandstof en de algehele voortstuwingsefficiëntie een rol spelen. Veranderingen of trends in de mate waarin condensatiesporen zichtbaar blijven en meer uitgewaaierde wolken vormen, kunnen dus te wijten zijn aan factoren als veranderingen in

- meteorologische omstandigheden
- verkeersvolumes
- efficiëntie van de vliegtuigmotor


2. Q Is het de Commissie bekend dat onderzoeken door deze klagers, waarnemingen door piloten en mededelingen vanuit overheidsinstanties steeds meer leiden tot de veronderstelling dat het in dit geval gaat om het per vliegtuig in droge lucht verspreiden van kleine deeltjes die bestaan uit barium, aluminium en ijzer, iets dat in de Amerikaanse discussie inmiddels wordt aangeduid als ‘chemtrails’?

A. De Commissie is op de hoogte van dergelijke beweringen maar niet van bewijs dat deeltjes die bestaan uit barium, aluminium en ijzer al dan niet opzettelijk worden verspreid door vliegtuigen.

3. Q Is het, gezien het feit dat ‘chemtrails’ anders dan ‘contrails’ geen onvermijdelijk bijproduct zijn van het hedendaagse luchtverkeer, de Commissie bekend wat het doel is van het kunstmatig in het luchtruim rondom de aarde brengen van deze van de aarde afkomstige stoffen? Heeft het gunstige effecten op de opwekking van regen, op de telecommunicatie of op het tegengaan van de opwarming van de aarde?

A. Nee. Het kan niet worden uitgesloten dat de uitstoot van dergelijke deeltjes neerslag en klimaatverandering beïnvloeden, maar zoals hierboven aangegeven is er volgens de Commissie geen bewijs dat zulke uitstoot plaatsvindt.

4. Q In welke mate worden ‘aerial obscuration’ en ‘chemtrails’ nu ook toegepast in het luchtruim boven Europa, gezien het feit dat inmiddels ook hier veel mensen overtuigd zijn van de toenemende aanwezigheid ervan en verontrust raken omdat over dit verschijnsel nog weinig bekend is en publieksvoorlichting ontbreekt? Wie neemt het initiatief tot dit sproeien en hoe vindt de bekostiging daarvan plaats?

A. Volgens de Commissie is er geen bewijs dat dergelijke methoden in Europa worden gehanteerd.

5. Q Kent de Commissie naast de beoogde positieve gevolgen van het verspreiden van stoffen in de lucht ook mogelijke nadelen ervan voor het milieu, de volksgezondheid, het luchtverkeer en TV-ontvangst?

A. Geen van de genoemde stoffen is noodzakelijkerwijs gevaarlijk, maar als uitstoot in de lucht op grote schaal plaatsvindt, kunnen sommige effecten op milieu en volksgezondheid niet worden uitgesloten.

6. Q Hoe wordt voorkomen dat afzonderlijke Europese staten of bedrijven eenzijdig maatregelen nemen waarvan de grensoverschrijdende gevolgen door andere staten of door organisaties van burgers kunnen worden beoordeeld als ongunstig? Vindt met betrekking daartoe nu al coördinatie plaats? Speelt de EU daarin een rol of verwacht u een toekomstige rol, en door welke doelstellingen laat u zich daarbij leiden?

A. Zoals hierboven aangegeven is er volgens de Commissie geen bewijs op basis waarvan actie kan worden ondernomen.


Steun het burgerinitiatief om het onderwerp over sproeien van Chemtrails
op de agenda van de samenleving en de Tweede Kamer te zetten.





Lees meer...